Thema 4: Geluid op de werkplek

Naarmate we ouder worden, gaan we minder goed horen. Dat geldt voor iedereen. Maar bij mensen die lang verblijven op plaatsen met een hoog geluidsniveau, gaat het gehoor vaak sneller achteruit dan onder ‘normale’ omstandigheden. 

Het verschil tussen een niet schadelijk geluidsniveau en een schadelijk geluidsniveau is in de praktijk moeilijk te bepalen. Met andere woorden: als je het wel eens lawaaierig vindt bij een machine of in een werkruimte, kan er sprake zijn van schadelijk geluid. Luid op dat moment dan de noodklok, voordat niemand hem meer hoort, want met geluidsschade valt niet te spotten! Eenmaal opgelopen gehoorschade is niet meer terug te draaien. 

In het kader van de arbeidsomstandigheden dienen twee basisrisico’s van geluid in acht genomen te worden, hinder en schadelijkheid. De Themacatalogus Geluid op de Werkplek beoogt daarbij meer inzicht te bieden in de wettelijke regels omtrent schadelijk geluid op de werkplek en de maatregelen die je kunt treffen. Aan de orde komen:

  • het gevaar en de wettelijke grenzen omtrent geluid;
  • mogelijke oplossingen binnen de grafimediabranche;
  • het stappenplan om gericht aan de slag te gaan met geluidsreductie op de werkplek;
  • een aantal hulpmiddelen om te rekenen met geluidsniveaus


Deze tekst is een samenvatting van de Themabrochure Geluid op de Werkplek. Voor meer uitleg en informatie over alle genoemde onderwerpen verwijzen we naar de brochure zelf.

Inhoudsopgave

De KERN over geluid

Geluidsbestrijding en de arbeidshygiënische strategie

Organisatorische maatregelen

Beoordelen van de geluidsbelasting

En nu verder

De KERN over geluid

Inleiding

Alle voor het menselijk oor hoorbare trillingen worden geluid genoemd. Als je te lang verblijft op een plek met te hard geluid, kan dat lawaaidoofheid veroorzaken. Deze gehoorbeschadiging kan tijdelijk, maar ook blijvend zijn. Daarom zijn op basis van de Arbowet heldere spelregels vastgesteld over wat een te hard geluidsniveau is. In enkele bijlagen bij de Themabrochure Geluid op de Werkplek wordt nader op de verschillende aspecten van geluid ingegaan.

Geluid in het dagelijks leven

Waar je ook komt, overal om je heen is geluid, zoals van de tv, de radio of een overvliegende straaljager. Maar ook waar het voor je gevoel ‘stil’ is, is vaak nog steeds geluid, bijvoorbeeld geluiden uit de natuur. Geluid vormt dan ook een onderdeel van ons dagelijks leven. Geluid speelt bijvoorbeeld een belangrijke rol in de communicatie met andere mensen. Daarnaast kunnen veel mensen genieten van bepaalde geluiden: de één houdt bijvoorbeeld van fluitende vogels in het bos, een ander van een popconcert. Niet kunnen horen kan zodoende grote sociale gevolgen hebben.

Het gevaar van geluid

Er is een grote hoeveelheid (geluid)trillingen die we kunnen horen, waardoor we verschillende tonen kunnen onderscheiden. Een gemiddeld gezond mens kan tonen horen tussen 20 en 20.000 Hz. Door te veel of te hard geluid kun je op den duur steeds minder en uiteindelijk weinig tot niets meer horen.

Hinder van geluid

Geluid op de werkplek kan naast gehoorschade ook hinder opleveren. Denk bijvoorbeeld aan een airco die een fluittoon voortbrengt of een constant piepende printer. Met hinderlijk geluid bedoelen we eigenlijk irritant geluid. Soms is dat geluid niet alleen te horen maar ook nog eens te voelen. Een bekend voorbeeld uit de branche zijn de trillingen veroorzaakt door een hoogdruk cilinderautomaat (HCA) of een stansdegel, waarbij je duidelijk het gedreun kunt voelen.

Geluid in de grafimedia

Binnen de grafimedia bedrijfstak komen een aantal werkplekken voor waar het geluidsniveau zo hoog is dat de werkgever maatregelen dient te treffen. Bedrijven die vooral te maken hebben met te hoge geluidsniveaus zijn grotere vellendrukkerijen, rotatiebedrijven, afwerkingsbedrijven of boekbinderijen. Maar ook binnen kleinere bedrijven kunnen er werkplekken/bewerkingen zijn waar een te hoog geluidsniveau optreedt, zoals bij de persen, vouw- of stansmachines of bij de snipperafzuiging.

Wat wordt er verwacht?

Iedere werkgever en werknemer heeft zich te houden aan wettelijke verplichtingen op het gebied van geluid. Daarbij dienen problemen zo veel mogelijk bij de bron te worden aangepast (arbeidshygiënische strategie). Daarvoor is het van belang eerst te weten of er sprake is van een te hoog geluidsniveau om vervolgens passende maatregelen te treffen. Van de werkgever wordt daarbij verwacht dat blootstelling aan schadelijk geluid zo veel mogelijk wordt voorkomen.

Zie de Themabrochure Geluid op de Werkplek voor meer informatie. Om passende maatregelen in beeld te brengen, kan gebruik worden gemaakt van de RI&E Grafimedia.

De wettelijke grenzen

Om te voorkomen dat medewerkers gehoorschade oplopen, zijn in het Arbobesluit en aanverwante wetgeving grenswaarden vastgesteld. Meer informatie over de wetgeving rond geluid en de geluidsnormen is opgenomen in de Themabrochure Geluid op de Werkplek. 

Geluidsniveau is beneden de 80 dB(A) gedurende 8 uur:

De werkgever hoeft geen actie te ondernemen, maar mag dat natuurlijk wel doen in de vorm van bepaalde bronmaatregelen waardoor het geluidsniveau nog verder daalt. De stelregel blijft dat hoe lager het geluidsniveau op de werkplek is, hoe prettiger de werkomgeving wordt ervaren; 

Geluidsniveau ligt tussen de 80 en 85 dB(A) gedurende 8 uur:

Vanaf 80 dB(A) moet een ondernemer actief op zoek naar geluidsreducerende bronmaatregelen. Voorbeelden zijn het aanbrengen van een geluidskap op een (vouw)machine. Daarnaast moet hij de medewerkers passende gehoorbescherming aanbieden. Het gebruik daarvan is niet verplicht. 

Geluidsniveau vanaf 85 dB(A) gedurende 8 uur:

Het toepassen van bronmaatregelen of meer collectieve maatregelen wordt nu heel belangrijk. Bijvoorbeeld: de medewerkers geheel scheiden van de geluidsbron, zoals door de regelkamer van een grote rotatiepers. Als het geluidsniveau na dergelijke maatregelen nog steeds hoger is dan 85 dB(A), dan moeten waarschuwingsborden worden aangebracht en zijn de medewerkers verplicht hun gehoorbescherming te dragen.

Geluidsniveau vanaf 87 dB(A) gedurende 8 uur, ondanks het nemen van maatregelen (inclusief gehoorbescherming):

Als ondanks alle maatregelen het geluidsniveau nog steeds hoger is dan 87 dB(A) dan zit je in de problemen. Dergelijke omstandigheden komen in de grafimedia branche echter niet voor. 

 

Geluidsbestrijding en de arbeidshygiënische strategie

Iedere werkgever is wettelijk verplicht bij een (vermoedelijk) te hoog geluidsniveau op de werkplek maatregelen te treffen om gehoorbeschadiging bij personeel te voorkomen. Daarbij moet het probleem zoveel mogelijk aan de bron worden opgelost door het vervangen van het probleem of het beperken van het risico. Het kan zijn dat aanpak aan de bron tot onevenredig hoge kosten leidt. In dat geval kan redelijkerwijs niet van de werkgever verlangd worden dat hij dergelijke dure maatregelen treft. Dit noemt men het redelijkerwijsprincipe.

De reductiemaatregelen op grond van de arbeidshygiënische strategie zijn achtereenvolgens:

  1. constructieve maatregelen aan de bron en/of bij selectie van de bron;
  2. beperking van overdracht bij de machine;
  3. beperking van de overdracht binnen de ruimte;
  4. beperking van overdracht gericht op (een groep van) medewerkers;
  5. maatregelen gericht op individuele bescherming.

Zie voor een uitgebreide toelichting op deze stappen de Themabrochure Geluid op de Werkplek.

Stap 1: Constructieve maatregelen aan de bron en/of bij selectie van de bron

Al voor de aanschaf van een machine of bouw van een bedrijfshal wordt rekening gehouden met het geluidsniveau en de te nemen maatregelen. Daarnaast wordt verwacht dat je bij bestaande situaties beoordeelt of de geluidsbron aangepast kan worden.


Stap 2: Beperking van overdracht bij de machine

Hierbij gaat het om maatregelen in de directe omgeving van de machine/installatie, die er voorzorgen dat het geluid het personeel niet, of eventueel in gereduceerde vorm, kan bereiken. De Themabrochure Geluid op de Werkplek geeft een aantal voorbeelden uit de grafimedia branche.

Stap 3: Beperking van de overdracht binnen de ruimte

Hierbij gaat het om maatregelen die het geluid zo veel mogelijk opnemen (absorberen), zoals het aanbrengen van absorberende materialen aan de wanden of geluidabsorberende schermen op kantoor.

Stap 4: Beperking van overdracht gericht op (een groep van) personen

Dit gaat om maatregelen die er voor zorgen dat het geluid het personeel niet, of eventueel in gereduceerde vorm, kan bereiken, zoals verplaatsing van een machine naar een aparte werkruimte of het aanbrengen van geluidisolerende schermen.

Stap 5: Vermindering van de blootstellingduur

Om er voor te zorgen dat het personeel van een luidruchtige machine zo min mogelijk blootgesteld wordt aan overmatig geluid, kun je hen in toerbeurt aan de machine laten werken. Breng daartoe in kaart welke medewerkers aan de betreffende machine kunnen werken.

Stap 6: Maatregelen gericht op individuele bescherming: persoonlijke beschermingsmiddelen

Bij een blootstelling aan een gemiddeld geluidsniveau boven de 80 dB(A) moet de werkgever passende gehoorbeschermingsmiddelen beschikbaar stellen. Boven de 85 dB(A) zijn werknemers wettelijk verplicht deze beschermingsmiddelen ook daadwerkelijk te dragen. Hierbij gaat het om earplugs (oordopjes), otoplastieken of oorkappen.

 

Organisatorische maatregelen

Naast de technische middelen en maatregelen dien je ook organisatorische maatregelen te treffen, zoals periodiek gehooronderzoek (om op tijd vast te stellen of er gehoorschade optreedt), het geven van voldoende voorlichting en instructie aan de werknemers en markering van gehoorbeschermingszones (dus gebieden waar te veel lawaai heerst). 

Iedere medewerker is er zelf verantwoordelijk voor om de geluidsreducerende voorzieningen te gebruiken op de manier waarop het bedoeld is. De werkgever heeft echter de plicht om de aandacht van de medewerkers te vestigen op de aanwezige voorzieningen en op hun individuele verantwoordelijkheid. Om te controleren of alle technische en organisatorische maatregelen daadwerkelijk effectief zijn, kan een periodiek gehooronderzoek erg nuttig zijn.

Periodiek gehooronderzoek

De werkgever is verplicht werknemers die in hun werk blootstaan aan een gemiddelde geluidsdosis van meer dan 80 dB(A) in de gelegenheid te stellen periodiek een gehooronderzoek te ondergaan. Het doel is vast te stellen of er (reeds) sprake is van gehoorschade door het werk.

Voorlichting en instructie van personeel

Voor een succesvolle invoering van het gebruik van gehoorbeschermingsmiddelen en geluidsreducerende maatregelen dienen de werknemers doordrongen te zijn van de noodzaak ervan. Goede voorlichting over de gevaren van blootstelling aan overmatig lawaai en instructie over het gebruik van gehoorbeschermingsmiddelen kan weerstand voorkomen of beperken. Ten einde het gebruik van gehoorbeschermingsmiddelen te stimuleren kun je bijvoorbeeld door middel van signaleringsborden geluidsbelastende werkplekken markeren. Daarnaast kun je het personeel vertellen dat het hard aanzetten van de radio op de werkplek (en thuis of in de disco) ook meewerkt aan gehoorschade. 

 

Markering van gehoorbeschermingszones

Indien in het bedrijf geluidsniveaus van meer dan 85 dB(A) voorkomen, is het dragen van gehoorbescherming verplicht. Om dat duidelijk te maken worden zogenaamde gehoorbeschermingszones aangeduid. Die zones dienen ook gemarkeerd en afgebakend te zijn. 

 

Beoordelen van de geluidsbelasting in je eigen bedrijf

Op basis van de Arbowet en het Arbobesluit is de werkgever verplicht om een beoordeling uit te voeren naar risico’s die medewerkers lopen tijdens de werkzaamheden, waaronder blootstelling aan (schadelijk) geluid. Om te bepalen of maatregelen nodig zijn, is het van belang eerst inzicht te krijgen in de bestaande situatie. Dat kan onder meer door op verschillende niveaus geluidsmetingen uit te (laten) voeren. De aanpak staat omschreven in een Stappenplan dat in de Themabrochure Geluid op de Werkplek is opgenomen. Daarin is ook een tabel opgenomen die inzicht geeft in verschillende geluidsniveaus van bepaalde types grafimediabedrijven.

 

Hoe nu verder?

Het is nu van belang om met de informatie uit dit boek in het eigen bedrijf te kijken waar nog mogelijke knelpunten zitten. De RI&E Grafimedia kan daarbij een praktisch hulpmiddel zijn. Deze is te vinden op: www.arbografimedia.nl, onder het kopje: arbo-instrumenten. We adviseren om daarbij de medewerkers, de OR of de PVT actief te betrekken. De Arbowet bepaalt namelijk dat de medewerkers betrokken moeten worden/zijn bij de uitvoering van het arbobeleid.

 

 

 
   « Artikelen overzicht